Wat kun je doen?

Schimmels houden van vocht en kou! Zorg dan ook dat je je woning slim verwarmt.

• Zet de verwarming overdag op minimaal 18°C.
  Draai radiatoren in kamers waar je weinig komt niet dicht. Ook niet in de slaapkamer.
  Stel de verwarming 's nachts in op minimaal 15°C. Zet de verwarming nooit helemaal uit.


• Hang geen gordijnen voor de verwarming en plaats er geen meubels tegen. Dan kan de warme lucht zich beter verspreiden.


• Het is niet verstandig om de thermostaat uit te zetten en je woning te verwarmen met bijvoorbeeld kaarsen, petroleumkacheltjes of waxinelichtjes. Deze kunnen schadelijke stoffen zoals koolmonoxide en fijnstof produceren. Dit is niet gezond en brengt ook brandgevaar met zich mee.

Bekijk deze video van de GGD voor meer informatie:
Hoe verwarm ik op een goede manier?

Droge lucht is beter voor je gezondheid en het kost minder energie om te verwarmen.

• Maak de badkamer droog na het douchen of badderen.


• Zorg tijdens het douchen voor goede ventilatie: zet een raam open of het mechanische ventilatiesysteem op de hoogste stand. En blijf na het douchen of badderen net zo lang ventileren tot dat de badkamer écht droog is.


• Houd de deur dicht zoveel mogelijk dicht. Oók na het douchen, zodat het vocht niet ontsnapt naar de rest van het huis.
  
  

  Droog je was buiten.
  

• Regent het? Kies dan een ruimte waar je een raam open kunt zetten of de zolderoverloop
  
  
• Om je was zo snel mogelijk droog te hebben, kun je voor grotere kledingstukken het beste kledinghangers gebruiken. En de was voldoende uitspreiden.
  
  

  Tijdens het koken.
  

• Hou de deksels zoveel mogelijk op de pannen. Dat voorkomt teveel stoom in de keuken.
  
  
• Zet de afzuigkap aan op de hoogste stand. Zo wordt het vocht snel afgevoerd.
  
  Bekijk deze video's van de GGD voor meer informatie:
  Hoe voorkom je teveel vocht in huis?
  Hoe herken je vocht in huis?
  Waarom komt vocht vandaan?

De hele dag gezonde lucht in huis
Goed ventileren zorgt voor minder vocht in huis en een schonere lucht. Ventileren kost energie. Maar niet ventileren kost meer, het duurt langer voordat vochtige lucht is verwarmd. Zorg daarom de hele dag voor goede luchtafvoer en luchttoevoer.

• Luchtafvoer: zorg dat in de keuken, wc en badkamer lucht weg kan. Dat doe je met een mechanische afzuiging.
  
• Luchttoevoer: als je zorgt dat lucht weg kan, moet er net zo veel lucht je huis weer in kunnen. Die lucht moet via roosters, ramen en klepraampjes in de slaapkamers en de woonkamer naar binnen komen. Overdag zet je vooral de raampjes in de woonkamer open, en ’s nachts die in de slaapkamer.
  
  • Zet het ventilatiesysteem in huis altijd aan. Op stand 1 als er niemand thuis is, op stand 2 als je wel thuis bent en op stand 3 bij visite, koken of douchen.
    
  • Zet roosters open. Heb je die niet? Zet dan je ramen op een kiertje.
    
  • Doorlucht ruimten af en toe door de ramen en deuren 10 tot 15 minuten tegen elkaar open zetten. Ook in de winter, want droge lucht warmt beter op.

  Bij het koken komt veel vocht vrij.
  

  • Zet tijdens het koken de afzuigkap aan op de hoogste stand, doe een extra raam open of zet de mechanische ventilatie op de hoogste stand.
    
  • Houd zo veel mogelijk de deksel op de pan.

  
  

  Heb je al schimmels in huis? Hier lees alles over het voorkomen en weghalen van schimmels.

  
  

  Bekijk de video van de GGD:

  Hoe ventileer je je huis?
  

• Maak in elke ruimte roosters en kleine (klep)raampjes
  Let op: in elke ruimte moeten roosters en (kleine) klepraampjes zitten! Die kun je makkelijker en veiliger open laten dan grote ramen. Plaats bij voorkeur zelfregelende roosters. Je ventileert daardoor niet te veel, maar ook niet te weinig. Plaats roosters minstens 1 meter 80 boven de vloer. Plaats ze liever niet vlakbij je luie stoel of de bank. Zo voorkom je dat je last krijgt van tocht.
  
• Maak in elke ruimte ramen en deuren die wijd open kunnen
  Daarnaast moeten in elke ruimte ook ramen of buitendeuren zijn die helemaal open kunnen. Die kun je gebruiken als je het wilt laten doorwaaien.
  
• Zorg dat onder tussendeuren een kier zit
  Het is goed om kieren en naden in de buitenmuren dicht te maken. Maar laat kieren onder de binnendeuren in huis zitten. Die zijn nodig voor een goede luchtstroom tussen kamers.
  
• Voorkom tocht door zelfregelende roosters
  Zelfregelende roosters reageren op de wind. Als de wind erop staat, gaan ze wat meer dicht, bij weinig wind gaan ze meer open. Daardoor heb je minder snel last van tocht als er veel wind is. En bij weinig wind laten ze toch genoeg lucht door. Veel zelfregelende roosters leiden de luchtstroom ook nog eens naar boven: dat maakt het helemaal prettiger in huis.
  
• Vraaggestuurde ventilatie
  Heb je een mechanisch ventilatiesysteem met een centrale unit? Dan kun je dat vraaggestuurd laten maken. Er komen dan in de woonkamer en slaapkamers sensoren die de CO2 meten. In de keuken en de badkamer komen sensoren die vocht meten. Die sensoren regelen dat het systeem meer of minder verse lucht aanvoert. Zijn er veel mensen in huis, of ben je aan het douchen of koken? Dan wordt er meer verse lucht aangevoerd. Je ventileert dan dus alleen als het nodig is en dat bespaart energie. Let op: Dit systeem ventileert alleen als er (meerdere) mensen in huis zijn. Maar ook als er niemand in huis is vervuilt de lucht. Vraag daarom de installateur om een basisventilatie in te stellen die altijd doorgaat, ook als er niemand thuis is.
• Klop gerust aan bij een isolatiebedrijf over de vraag hoe je het beste kunt ventileren in jouw woning.

• Hoog energieverbruik
  
• Schimmel- of meeldauwgroei op muren, vloeren of plafonds
  
• Muffe lucht in de slaapkamer, bankstel, meterkast, kruipruimte etc.
  
• Loslatend behang, stuc of verf
  
• Vlekken op de muur of het plafond
  
• Alg of mos op de muur
  
• Ongedierte, zilvervisjes, pissebedden
  
• Hout staat bol of vervormt
  
• Kletsnatte ramen
  
• Condens op leidingen
  
• Te hoge luchtvochtigheid (-> hoeveel vocht in huis is normaal)
  
• Vocht of water in de kruipruimte. Met name bij woningen met een houten vloer is dit een probleem.

Je kunt de luchtvochtigheid in huis meten met een hygrometer. Deze kun je bij de Blokker of een elektronica winkel kopen, of online. Plaats de hygrometer in het midden van een ruimte, dan meet 'ie de luchtvochtigheid van die ruimte. Zet deze niet in de buurt van een raam of verwarming, daar is de luchtvochtigheid bij voorbaat al hoger of lager.

• Normaal: luchtvochtigheid tussen 30% en 50%.
  
• Te laag: luchtvochtigheid onder 30% zorgt voor droge ogen, keel en ogen. Ook kunnen houten vloer en meubels scheuren.
  
• Te hoog: luchtvochtigheid van 50% of hoger zorgt voor broedplaatsen voor schimmels en ongedierte.